Colorado High
Vier maanden lang trekken we door de westelijke staten van Amerika op zoek naar aantrekkelijke mountainbike trails. Landschappen die in een oogverblindende natuurfilm niet zouden misstaan trekken aan ons voorbij. Vanuit New Mexico rijden we Colorado binnen. De bevolking groet vriendelijk, lopen in outdoor- en sport kleding en rijden in dikke pick-up trucks met daarop mountainbikes en kajaks. Net als in Hollywood films staan hier prachtige landhuizen met veranda’s midden in onmetelijke landerijen, omzoomt met lage witte hekken. De kleinere houten huizen in de dorpen en stadjes zijn in vrolijke kleuren geschilderd. “Het voelt als thuiskomen op een plek waar je nog nooit bent geweest”. Om maar eens te citeren uit de song ‘Colorado High’ van John Denver. Durango Onze eerste bestemming in Colorado is Durango (14.000 inwoners op 1988 meter hoogte). De stad en omgeving zijn een eldorado voor mountainbikers en wandelaars. Iedere shop ademt outdoor: ski-,bergsport- en wandelenspullen, maar ook heel veel mountainbikes. Net buiten het historische centrum start een hele tros trails. In alle soorten en maten en voor mountainbikers van ieder niveau. Althans dat zeggen ze, maar het is niet waar. Niet naar Nederlandse maatstaven. Er bestaan geen vlakke meters. Het gaat of omhoog of omlaag. In alle trails zitten technische hindernissen. Niet allemaal even spannend, maar voor beginners toch echt een brug te ver. Het is eind april en dat is voor Durango begrippen vroeg in het seizoen. “Op de hoge bergen ligt nog sneeuw”, vertelt de zichtbaar afgetrainde eigenaar van de moutainbikeshop. Hij weet duidelijk waar hij over heeft en met een trailmap onder de arm verlaten we zijn shop. Telegraaf trail Aan de oostzijde van de stad start het Horse Gulch Telegraph Trail System. Amerikanen zijn met een ingebouwd kompas geboren. Ze praten altijd in windrichtingen als ze het over een route hebben. Als ik het over een windrichting heb, kun je beter niet achter me gaan fietsen, maar dat geheel terzijde. De eerste halve kilometer op de trail vraag ik mij af waar ik aan ben begonnen. Stevig stijgend knotst mijn mountainbike van dikke kei naar dikke kei. Voordat de twijfel toeslaat versmalt het pad tot een echte singletrail en wordt hij prima begaanbaar. Volgens advies blijf ik de bordjes met Telegraph Trail volgen. De naam van de trail is al snel duidelijk. Oude palen waar nog flarden van de telegraafdraden aan zitten, staan verweerd en schuin in het landschap. Het pad kronkelt de berg omhoog. Afwisselend vrij stevig en dan weer gemoedelijk. Zo af en toe is er een kleine technische uitdaging in de vorm van wat ongelukkig liggende rotsblokjes of krap uitgevallen haarspeldbochten. Met het stijgen van de hoogtemeters worden de met sneeuw bedekte toppen van de omliggende bergreuzen zichtbaar. Dat soort panorama’s maken mij altijd gelukkig. Eenmaal boven rij ik van trail naar trail. De namen zijn uitnodigend. Sidewinder-, Big Canyon- en Cowboy Trail schieten onder de wielen door van mijn Specialized Stumpjumper 29-er. Op de South Rim Trail een lekke band. Mijn hagelnieuwe pomp blijkt niet te werken. Na een minuut of twintig prullen, komt de redding. Denk ik. Een biker met een pomp. Maar die werkt nog minder dan de mijne. Dus mijn pomp uit elkaar gesloopt. Blijkt er een rubber aan de binnenzijde verkeerd gemonteerd. Repareren en pompen maar. Blij ga ik verder. Totdat, juist, een tweede lekke band. Deze keer loopt hij langzaam leeg. Dus zo snel mogelijk retour naar de camper. Colorado trail Op naar de beroemde Colorado Trail. Die trail is één lange (single)track die, zoals de naam al zegt, de staat Colorado doorkruist. Ik prijs mij gelukkig dat ik er een stuk van mag fietsen. Vanaf de camping eerst even langs de spoorlijn. Van achteren nadert puffend een trein. Het is de grote publiekstrekker: de Durango & Silverton Narrow Gauge Railroad train, een heuse stoomlocomotief met gerestaureerde wagons. Over een 72 km lange bergroute tuft hij naar de vroegere mijnbouwstad Silverton. Wat een zwarte rook produceert zo’n trein zeg. Adem inhouden! De rest van de dag heb ik zwart zweet. Getver…… Altijd nog beter dan zwarte longen. Mijn deel van de Colorado Trail volgt eerst het stroomgebied van de Junction Creek. Een smalle strook met af en toe diepe kloven en hindernissen in de vorm van stukken rots, krappe bochten, steile klimmen en afgekalfde zijkanten. Naar links in de diepte kijken is niet aan te raden voor de stuurvastheid. De blik straight vooruit is het devies. Een brugje maakt de oversteek mogelijk over de in de diepte liggende Junction Creek. Het signaal voor nog steviger klimmen en erg krappe haarspeldbochten. Bij de afsteker naar Hoffheins Connect, schrik ik van de tijd die nodig is geweest om zo ver te komen. De zon geeft signalen dat hij het over een uurtje of twee voor gezien houdt. Wat doe ik? Doorgaan of omdraaien. Een blik op de trailkaart, een korte overpeinzing en het besluit is daar. Omdraaien want in het stikdonker moederziel alleen over deze trail afdalen is echt een heel slecht idee. En onderaan de berg ligt nog een leuk trailnetwerkje dat Dalla mtb Park heet. Ook niet slecht. De afdaling terug naar de ‘trailhead’ zoals de Amerikanen de start van een trail noemen is een en al fun. Wat een soms lastige beklimming was, is nu een kronkelende afdaling met een hoog cruise gehalte. Dalla Park Eenmaal in het Dalla mtb Park kom ik Rob tegen. Spreek Rob uit met een zwaar Amerikaans accent want dat doet hij zelf ook. Rob is een local die vertelt dat op de dag dat hij zijn snowboard voor de laatste keer gebruikt het tijd is om met de mountainbike de trails op te gaan. Een lichte vorm van jaloezie maakt zich van mij meester. Sommige mensen wonen op precies de juiste plek. Voor onze wegen zich scheiden nodigt Rob mij nog uit om die avond met zijn buddy’s mee te gaan naar de kroeg om te gaan poolbiljarten. Twijfel, maar gezond verstand wint het van de emotie. En daar zijn twee goede redenen voor. Ten eerste kan ik net zo goed poolbiljarten als stijldansen, niet dus. En ten tweede slaat mijn girl mij met een biljartkeu bewusteloos als ik niet voor het donker bij de camper ben. Met pijn in het hart neem ik afscheid van Durango. Het is een coole plek om als mountainbiker een tijdje door te brengen op de schier oneindige trails. Troost is er ook, er liggen nog heel wat super trails te wachten. Rocky Mountains National Park Vanaf onze camper standplaats in het stadje Estes Park is het een kilometer of 10 naar de Fall River ingang van het Rocky Mountains National Park. Dat betekent dat de eerste paar honderd hoogtemeters dan al een feit zijn. De mountainbike is een prima keus. De Old Fall Trail Road is een onverhard pad die alleen omhoog gereden mag worden. Wie de trail oprijdt moet deze blijven volgen. Ik kom slechts een handjevol automobilisten tegen in dikke 4x4 terreinauto’s. Lekker rustig, heerlijk. Een stuk steiler dan de door een ander dal parallel lopende asfaltbaan is de Old Fall Trail Road overigens wel. Om op hetzelfde punt uit te komen is de trail 8 kilometer korter. En da’s best veel als je bedenkt dat de langere versie 33 km op de teller brengt. Het is onmogelijk om de bergen van Rocky Mountain National Park op te fietsen en niet steeds de song ‘Rocky Mountain High’ van John Denver in je hoofd te hebben. Het ritme geeft precies de goede cadans om in een strak, maar doenbaar tempo omhoog te rijden. Nog maar net op de trail steekt er een vos over. Niks schuw, want hij blijft mij nakijken vanuit het struikgewas. Een paar haarspeldbochten later zitten twee marmotten lekker te knabbelen. Pas als mijn voorste noppenband op platwals afstand is gekomen, sjokken ze verveeld weg. Dat leidt af. En dat moet ook wel, want behalve heel veel bomen is er in de eerste 900 hoogtemeters niet veel te zien. Als de trail aansluit op het asfalt opent het majestueuze panorama zich met een mega uitzicht over immense sneeuwvelden. De GPS wijst dan al een hoogte van 3600 meter aan. Gek genoeg kom ik minder snel vooruit, terwijl de kracht er zeker is. Is het suggestie, of is de lucht hier echt zoveel ijler dan een paar honderd meter lager? Het visitor center komt als geroepen. Tijd voor een bakkie koffie. Op het uitzichtpunt smaakt die nog lekkerder. De andere toeristen zijn druk bezig met het fotograferen van een roedel edelherten. Ik geniet van het super panorama. Rangers Donkere wolken stapelen zich op tussen de bergen. Tijd om af te dalen. Nou bijna dan, want de top van de klim ligt op 3713 meter. Nog even stevig op de pedalen. Onder de laatste zonnestralen maak ik nog een foto. Toestel in de berm op het statief. Dan stopt er een auto met twee rangers. Zwaailichten aan. Of ik van de ‘toendra’ af wil komen, die kan daar niet tegen. Even speelt de gedachte om te vragen of de edelherten, die een beetje verderop staan te grazen, speciale toendra-in-tact-latende-hoeven hebben. Gelukkig denk ik eerst na voordat ik iets zeg. Amerikaanse law enforcers houden over het algemeen niet van grapjes en ‘smartasses’ van mijn kaliber. Excuus maken, onschuldig kijken en fototoestel inladen dan maar. De afdaling gaat als een speer. Steeds net voor de dreigende regenbui uit. Even lijkt die mij in te halen. Dikke regendruppels en hagelkorrels ketsen op mijn helm. Gas erop om onder de wolk uit te komen. Dat lukt net. Via de zuidelijkere uitgang verlaat ik Rocky Mountain National Park en vier kilometer later en met 68 km en 1700 hoogtemeters op de teller, vindt mijn fiets rust bij de camper. Na het eten genieten we nog van het aangename avondweer en wandelen door Estes Park. De veel te grote ijsco geeft een dubbel gevoel. Heerlijk, een van de beste ooit, maar de ontelbare calorieën zijn vandaag niet meer te verbranden. Op de terugweg staat er een paar muildierherten op hun gemak aan een struik te knabbelen. Hun oren draaien in onze richting, maar verder doen ze of wij niet bestaan. Broken Thumb We rijden door naar Winter Park, een plek die zich de Mountainbike Capital of the USA noemt. Nou houden Amerikanen van overdrijven, maar dit is toch wel de overdrijving onder de overdrijvingen. De prima State campground ligt aan een riviertje tussen Winter Park en de skipiste in. Daar nemen we onze intrek. Voor de camper langs loopt een fietspad dat het stadje en de skiliften van Winter Park met elkaar verbindt. Volgens ons werkt er helemaal niemand in de beide stadjes want iedereen komt al vroeg op de fiets voorbij. De extremere types op bikes met mega veerweg gaan naar de lift van het bikepark. Zelf ga ik een route rijden want bikeparken zijn niet zo aan mij besteed. Om te zien wat de ‘mountainbike Capital of the USA’ te bieden heeft, kies ik voor een route voor ‘meer dan gevorderde bikers’. Uitgepijlde routes hebben ze niet, dus ik moet het doen met de bikekaart en de bijbehorende routebeschrijving die ik bij het visitor center gratis heb gekregen. De route komt voor onze camper langs, dat is mooi meegenomen. Al snel zijn de kaart en de beschrijving met elkaar in tegenspraak. Ik gok op de beschrijving. Ook niet helemaal duidelijk. Een afslag ‘na een mijl’ lijkt al na een paar honderd meter een feit. Het is een steile, niet technische klim van een kilometer of acht. Volgens de beschrijving is er één andere zijweg, maar ik kom er een stuk of drie tegen. Ben ik verkeerd gereden? Dat blijkt niet zo te zijn. Gelukkig. Boven aan de klim begint het feest. Een behoorlijk technische trail met ontelbare rotsen en stenen gaat de diepte in. Na een paar kilometer verandert hij in een vlakke trail die nog steeds de nodige aandacht vraagt. Als afsluiting een draaiende en kerende single trail door een dicht bos. Het feest is over als ik op de service road 128 uitkom. Volgens de beschrijving moet ik die terug naar het dal volgen. Er komen nog de nodige kruisingen en nergens staat welke weg de 128 is. De kaart is gemaakt onder het zeer on-Amerikaanse moto doe-meer-met-ongeveer. Gecalculeerd gokkend kom ik keurig bij het fietspad uit. Je kunt het overigens net zo goed, meer geluk dan wijsheid noemen. O ja, de technische trail heet Broken Thumb (gebroken duim) en dat zegt genoeg over de moeilijkheidsgraad. Evaluerend is de conclusie hard. Je kunt hier aardig biken, maar het is zeker niet het mountainbike mekka dat de stad wil zijn. Daarvoor moet er nog veel gebeuren. Routes op GPS bijvoorbeeld. |