De majestueuze bergen glinsteren in de vroege ochtendzon. Wauw, wat een sprookje. Duitsers hebben er een mooi woord voor: Bilderbuch Panorama. We slenteren terug naar de berghut voor het ontbijt. Boven de dampende koffie zijn we het eens: de ‘Trans Trentino’ is briljant!
Van mijn favoriete mountainbike gebieden in de Alpen staat de regio Trentino, in het noorden van Italië, met stip op nummer één. De bergen betoveren door oogverblindende panorama’s, afwisselende landschappen, kunst en cultuur op iedere straathoek en natuurlijk super trails. Voor fietsers, die hoogtemeters niet schuwen liggen er in het noorden ruige bergen met grillige spitse toppen. In het midden bevolken wijnranken en forten de berghellingen. In het zuiden omzomen steile bergen het blauwe water van het Gardameer.
In het verleden heb ik vanuit diverse standplaatsen delen van Trentino verkend. Landschappelijk en fietstechnisch was dat iedere keer weer een feest. Op een kille winteravond ontstaat het idee om de regio dwars door te steken, een ‘Trans Trentino’ dus. Het omzetten van idee naar uitvoering is nog een hele klus. De route in elkaar knutselen, gidsen regelen en accommodaties boeken. Gelukkig helpen de mensen van de Trentino toeristenorganisatie een handje. Midden juli reizen mijn bikemaat Gerard en ik af naar startplaats Canazei in het uiterste noordoosten van Trentino.
Dag 1: Canazei – Cavalese, 70 km en 1862 hoogtemeters Gids Antonio begrijpt heel goed wat wij willen. Over mooie trails van Canazei (1465 m) in het Val di Fassa naar Cavalese (1000 m) in het Val di Fiemme. Zeker niet alleen over bestaande routes. Daar hebben we geen gids voor nodig, die kunnen we ook zelf aan elkaar knopen. Uitgepijlde routes zijn er genoeg en op de sites van de VVV staan voldoende GPS-files om een week met prachtige tochten te vullen. Highlight in dit gebied is de Sella Ronda. Een uitdagende rit met liften rond het oogverblindende Sella-massief (3152 m) die op de bucketlist van iedere mountainbiker hoort te staan. Wij reden die tour al eerder (zie FIETS april 2015) dus slaan we die – met pijn in het hart - over. Gerard maak je vooral blij met singletrails, hoe lastiger hoe beter. Ook ik ben er gek op, al mag het een tikkeltje eenvoudiger. Gerard rijdt op een e-bike. Wablief? De man die vorig jaar nog Nederlands kampioen 24-uurs race mountainbiken is geworden, op een e-bike? Het idee om met ondersteuning te rijden is niet uit conditiegebrek geboren. Zijn bike is geen standaardmodel. Het is een 650b+. In gewone mensentaal een mountainbike met 27,5 inch velgen die extra breed zijn zodat er dikke banden (3 inch) op passen. Gids Antonio noemt het een semi fatbike. Een treffende benaming, al vindt Gerard als rechtgeaarde fatbiker, het een belediging voor de fatbike. Mij maakt het allemaal helemaal niets uit, als we maar lol hebben. Omdat onze tochten wel een stuk langer zullen zijn dan de accu van de e-mtb aankan, heeft Gerard met las- en frasewerk zelf een drager gebouwd waar een extra accu bomproof op ligt. Al na een paar meter rijden duiken we het eerste onverharde pad op. Dat slingert mooi langs de bergwand en meteen uit de drukte. Ik krijg niet echt de tijd om even aan de technische trails te wennen. Steil omlaag gaat het, door een gleuf vol losse natte stenen. Da’s even slikken. De trails rijgen zich aaneen. Aan de voet van de klim naar de Passo di Lusia (2052 m) vraagt Antonio minstens drie keer of we toch echt niet liever met de lift willen. Nee, dat willen we niet. 800 Hoogtemeters zijn toch wel te overbruggen? Al na twee kilometer is duidelijk waarom hij het vroeg. De klim is mega steil. Het kleinste verzet is net klein genoeg om stevig trappend aan het fietsen te blijven. Het is geen straf dat we vooral tussen de bomen rijden, de temperatuur gaat richting dertig graden. Op de top de verdiende beloning. Het 360 graden panorama is een explosie van extraordinaire schoonheid zoals alleen de natuur die kan maken. De zuivere berglucht is de kers op de energiereep. Een paar mensen zijn zo slim geweest om hier een rustieke berghut neer te zetten. Het bord pasta op het terras maakt het genieten compleet.
Over brede- en singletrails dalen we af naar het stuwmeer Lago di Paneveggio. Dat meer eindigt in een nauwe diepe kloof. Er zijn twee smalle hangbruggen nodig om over de diep uitgesleten rivier te komen. In het stadje Predazzo komen we terug in de bewoonde wereld. Het laatste deel gaat onverhard en strak naar ons eindpunt. Antonio zou Antonio niet zijn als hij er niet nog een paar leuke trails in zou verwerken.
Dag 2: Cavalese – Borgo in Valsugana, 78 km en 2610 hoogtemeters We maken kennis met gids Giancarlo. Hij start met een pittige ronde door het achterland van Cavalese. Voor het overgrote deel volgen we de uitgepijlde route 224. Het wordt bijna saai, maar ook de eerste klim (950 hm) is behoorlijk steil en de overbemeten hoeveelheid grind op de trail maakt het er niet eenvoudiger op. Het is ploeteren. Het is de warmste dag van het jaar en dat betekent niet alleen zweten en veel drinken, maar ook een heiige lucht. Het uitzicht is daardoor nul en dat is jammer, want het doet geen recht aan het fraaie gebergte. In de downhill maakt Giancarlo de nodige aanpassingen om de tocht spannender te maken. Op een stukje na, waar we de bikes over een rotspunt moeten tillen, is alles prima fietsbaar. Boven liggen de sappige bergweiden. Een eeuw geleden was het hier nog pure armoede. Men leefde van de schapenteelt. Toen het toerisme ontstond, werd de schoonheid van dit berglandschap bekend. Dat luidde een tijd van economische groei in. Terug in Cavalese vleien we ons neer op een terras. Op hetzelfde moment arriveert er een fors orkest in lokale klederdracht. Ze posteren zich voor het historische gebouw waar vroeger het vorstendom was gehuisvest. Op de gevel prijken muurschilderingen waaronder wapens van gemeenten in Trentino. Ze spelen een aangenaam deuntje en gaan dan weg. Om een prosecco te drinken denk ik. Alleen de Passo Manghen (2047 m) scheidt ons van het einddoel van vandaag. Nou ja, alleen. Het is een asfaltklim, er is geen onverhard alternatief. In 17 km zijn 1300 hoogtemeters te overwinnen. Een overzichtelijk geheel. De eerste kilometers zijn relatief vlak. Dat betekent dat het gemiddelde stijgingspercentage op het overgebleven stuk oploopt. Het gaat richting 10%. Tijd om een energiereepje uit de rugzak te halen. Mis! Een serieuze beginnersfout. Vergeten de opgepeuzelde voorraad aan te vullen. Ook Gerard komt niet verder dan een paar koekjes en een mini mueslireep. Het zal op vetverbranding moeten gebeuren, want de accu’s in mijn benen zijn leeg. Gerard kan verder op de kracht in zijn e-bike. Hoogtemeter na hoogtemeter worstel ik mij naar de top. Hoe heb ik zo stom kunnen zijn spookt het door mijn hoofd. Een restaurant onderweg? Mooi niet, alleen bos en rotsen. Op de top is een berghut. Die is overbevolkt door de vele motorrijders die de col kennelijk eens in hun leven gereden moeten hebben. Voor het bescheiden bedrag van zeven euro kopen we energie in de vorm van een fors bord heerlijke pasta. Daarna volle bak afdalen om een dreigend zomers noodweer voor te blijven. We zoeven door de vele bochten als door de duivel achterna gezeten. 22 km later is het hotel in Borgo in Valsugana (380 m) bereikt. Na twee minuten scheuren de wolken een half uur lang open met als gevolg dat de straat verandert in een riviertje.
Dag 3: Borgo in Valsugana – Trento, 58 km en 1779 hoogtemeters Boven de stad prijkt een imposant fort, maar wij gaan de ander kant op. Vandaag hebben we geen gids. Om in Trento – de hoofdstad van Trentino - te komen moeten we door het Val di Sella. Maar hoe? Uiteraard met niet teveel asfalt, landschappelijk mooi en uitdagend. De wandel- en mountainbikekaart van het gebied biedt uitkomst. We besluiten wandelroute 210 voor een deel te volgen en dan koers te zetten naar Malga Busa del Mochene. Gewoon omdat de naam van die weide zo mooi klinkt. De eerste 250 hoogtemeters over asfalt zijn een makkie. De 500 die volgen zijn extreem steil. Boven de 20% schatten wij. Deze steilheid is niet lang vol te houden. Zo af en toe even van de fiets. Hier bewijst de e-mtb zijn kracht. Gerard zit met zijn neus op de stuurpen en rijdt rustig pedalerend omhoog. De extra dikke banden hebben mega grip. Er is sprake van Uphill Power. De bike maakt mogelijk wat anders niet mogelijk is. Als ultieme vriendendienst geeft Gerard mij af en toe een zetje. Deze PowerPush helpt, ik kan doorrijden waar het eigenlijk niet meer ging. Het rare is dat je op de e-bike vooral langzaam en rustig moet blijven trappen. Dat voelt tegennatuurlijk. Je denkt dat heel hard werken beter is. Fout de flow in de klim ontstaat juist door een rustig egaal tempo. Ondanks alle inspanning ontwikkelen we een snelheid die een e-schildpad met gemak kan bijhouden. De trails die volgen zijn de uitputtende klim meer dan waard. Spannend langs kloven en door dichte bossen. Maar ook paden vol rollende keien waar je één ding zeker niet wilt doen: vallen. Het is heel stil in het bos. We treffen alleen twee oudjes aan met een mandje. Ze zijn bezig om paddenstoelen te plukken en kijken schuldbewust op. Zeker de tien euro niet betaald die een vergunning-paddenstoelen-plukken kost. Volgende halte is Levico Terme aan het Levico meer (440 m). Overal hotels en drukke campings. Het toerisme viert hoogtij. Aansluitend over een fijn fietspad langs het meer van Caldonazzo. Ook daar wordt druk gerecreëerd en staan de campings vol. Wij kachelen nog een eindje door en stoppen op de Piazza Garibaldi in het historisch centrum van Pergine Valsugana (480 m). Kan een sfeervolle plek voor een koffiestop nog mooier klinken? Er is geen toerist te zien. Precies het Italië zoals wij dat graag hebben. Voor ons alleen met een perfecte cappuccino. Als afsluiting rijden we van dorpje naar dorpje om in het centrum van Trento (200 m) te eindigen. Een stad die een bezoek zeker waard is. Het is een mondaine stad, vol oude sfeervolle piazza’s, mooie winkels en fraaie dames gekleed in de laatste Italiaanse mode. Het historische centrum is schitterend gerestaureerd. Wij struinen er doorheen genieten er van een lome zomeravond met een heerlijke maaltijd en een uit de kluiten gewassen koud kunstwerkje wat ze hier een ijsje noemen.
Het vervolg In de komende vier dagen rijden we verder naar ons eindpunt, het Ledromeer. Dat is het kleine zusje van het reusachtige Gardameer. De route wordt nog mooier en test ons doorzettingsvermogen en technisch kunnen en de e-bike bewijst zijn klasse. Hoe het verder gaat, lees je in de FIETS van volgende maand.
Informatie Trentino: www.visittrentino.it/nl Mountainbiken Het Val di Fassa, Val di Fiemme en Valsugana hebben zich wat het mountainbiken betreft verzameld onder de naam Dolomitilagoraibike: www.dolomitilagoraibike.it Het Val di Fassa heeft ook een app en een site: www.fassa.com/bike Val di Fiemme: www.visitfiemme.it Valsugana: www.visitvalsugana.it/bike Op de aangeven sites vind je mountainbike- en racefiets informatie en GPS downloads. Trento: www.visittrentino.it/nl zoek op Trento
Trentino gastenkaart. Wie in Trentino in een van de 700 deelnemende hotels verblijft, krijgt de Trentino-gastenkaart. Daarmee kun je gratis met het openbaar vervoer, toegang tot musea, natuurparken en andere bezienswaardigheden. www.visittrentino.it/mag-guestcard-trentino Wij verbleven: Canazei: Hotel Cèsa Tyrol www.hotelcesatyrol.com Cavalese: Hotel Bellavista www.hotelbellavista.biz Borgo Valsugana: Hotel Locanda in Borgo www.locandainborgo.it