INFORMATIE BESTEMMING
Belangrijke adressen Zwitsers Verkeersbureau in Nederland: Zwitserland Toerisme, Postbus 75387, 1070 AJ Amsterdam. Tel: 00800 100 200 30 (gratis), fax: 00800 100 200 31 (gratis), e-mail [email protected] of [email protected], Internet: www.zwitserland.nl of www.MySwitserland.com Zwitsers Verkeersbureau in België, Postbus 213, B-1060 Brussel 6. Tel: 00800100 200 30 (gratis) fax: 00800100 200 31 (gratis), e-mail: [email protected], internet: www.zwitserland.be of www.MySwitserland.com VVV: Savognin Tourismus, 7460 Savognin (aan de doorgaande weg) Tel: 00-41-816591616, fax: 00-41-816591617, e-mail:[email protected], internet: www.savogin.ch Fietswinkel: Wasescha Sport AG, Stradung 7, 7460 Savognin. Tel: 00-41-816841313, fax:00-41-816843239, e-mail: [email protected] Bikeroutes Er staan acht routes (totaal 120 km) duidelijk uitgepijld. De routes hebben meer hoogtemeters dan staat aangeven. Er is ook een downhillparcours. Een dagkaart voor de lift bij het downhillparcours kost CHF 21. Alle routes staan aangegeven op een hele duidelijke kaart (schaal 1:25.000). Tip: niet uitgepijld, maar de route naar Alp d’Err langs Tgant Pensa en Pensa (letterlijk links laten liggen) is heel mooi. Weer/beste tijd De sneeuw is in dit gebied de bepalende factor of je over de passen kunt. Normaal gesproken zijn de passen eind mei sneeuwvrij. Tot half oktober is het weer goed genoeg om aangenaam te biken. Hoe er te komen Vanaf Heerlen. Via de autosnelweg A76 in de richting Aken. Dan over de A4 naar autobaan kreuz Kerpen en de A61 op. Blijf die volgen naar Koblenz en Ludwigshafen. Op autobaan kreuz Mutterstadt de A65 oprijden. Volg de A5 (wordt de A2) naar Basel. Houd de richting Bern en later Baden aan. Daarna over de A1 naar Zürich. Vervolgens over de A3 en A13 naar Thusis. Volg de A13 in de richting van Chur tot in Savognin. Totale afstand 790 km. Denk er wel aan dat je in Zwitserland een autobaanvignet nodig hebt (CHF 40 per jaar). Overnachtingen Bij de VVV kun je informatie opvragen. Romantisch overnachten kun je in de berghut op Alm Flix: Flix AG, tel: 00-41-81-6845285, fax: 00-41-816845592, e-mail: [email protected], internet: www.flix.ch Camping: Julia, gelegen aan het meertje in Savognin Tel: 00-41-816841309, fax: 00-41-816843606, e-mail: [email protected] Eten en drinken In Savognin zijn diverse hotels en restaurants. In het hoogseizoen, dat van midden juni tot eind september loopt, zijn er ook veel berghutten open. Buiten die tijd zijn de mogelijkheden beperkt. Wat is er verder te doen Andere sporten: · 200 km uitgepijlde wandelroutes. · Natuurzwembad in het dorp. Voor toeristen die in het dorp verblijven is de toegang gratis. · Raften: Schnee Sport Schule Savignin, Veia Curvanera, 7460 Savognin, 00-41-816841740, fax: 00-41-816843432, e-mail: [email protected], internet: www.ess-line.ch · Bergklimmen, canyoing en paragliding: Bananas Shop & School, Naloz, 7460 Savognin, tel: 00-41-81-6371100, fax: 00-41-81-6371101, e-mail:bananas: www.bananas.net, inernet: [email protected] · Bergmeerduiken: Hotel Flex, 7456 Sur, tel: 00-41-816845285, fax: 00-41-816845592. |
SAVOGNIN (GRAUBUNDEN)
Tekst en foto’s: Ronald en Ingrid Jacobs We biken biken door een heerlijk berglandschap. Dit is niet voor het eerst, toch voel ik me deze keer anders. Een plezierig, haast frivool, gevoel heb ik. Waar komt dat gevoel toch vandaan? Mijn vrouw spreekt van een ‘Heidi-gevoel’. Gek is dat niet want we zijn in het Zwitserse kanton Graubunden. Een gebied met meer dan 150 dalen, nog veel meer bergen en heel veel romantische taferelen. Hierdoor geïnspireerd schreef Johanna Spyri haar onovertroffen roman Heidi. De realiteit is weerbarstiger, de venijnige steile paden brengen een dagdromende biker weer snel met beide wielen op de grond. Alp Flix Voor vandaag is mooi weer voorspeld. Al vroeg pakken we onze bikes en vertrekken. Van de acht uitgepijlde mountainbikeroutes in dit gebied, kiezen wij voor de route naar Alp Flix. Vanaf ons hotel rijden we dwars door het stadje Savognin (1200 m). We gaan aan een kerk voorbij en nog één en nog één. Niet dat het stadje zo groot is maar de kerkdichtheid is zo hoog. Het lijkt wel alsof hier iedere uit de kluiten gewassen familie een eigen kerk heeft gesticht. Het centrum heeft niet meer dan twee terrasjes waarvan er, zo vroeg in het seizoen, maar eentje open is. De bebouwing laten we al snel achter ons en draaien het pad op langs de rivier de Julia. Het gravelpad stijgt de eerste anderhalve kilometer amper. Tijd genoeg om ons lekker warm te fietsen. Dat is nodig want de bergen laten zo vroeg in de ochtend nog geen zonnestralen toe in het dal. Gelukkig hebben we ons in warme fietskleding gestoken. Daarin geeft mijn fietscomputer ons groot gelijk, want het is slechts vier graden. Stuwmeer Lai da Marmorera Het pad draait van het water weg en begint te klimmen. De dag is nog lang en daarom fietsen we zo relaxed mogelijk omhoog. Af en toe trakteert een gat in de begroeiing ons op een uitzicht over het dal en de bergen. Al na een half uurtje biken verdwijnen de eerste kledingstukken in de rugzak. Na ruim drie kilometer komen we in het gehucht Rona (1410 m) bij de enige doorgaande weg die het gebied rijk is. De eerste paar honderd hoogtemeters zitten er al op en toch begint de tocht, volgens de kaart, hier pas echt. Het voor ons opdoemende schotterpad kent geen genade en zet de klim onverbiddelijk in. Gelukkig is het pad breed en goed berijdbaar. Ik schakel lekker klein en probeer in een soepele tred, omhoog te rijden, met in mijn hoofd het ritme van een populaire popsong. Dat lukt wonderwel en regelmatig heb ik zicht op de ruim 3200 meter hoge Piz Arblatseh en Piz Forbesch. Ik geniet van de kale ruigheid van deze alpenreuzen die ongenaakbaar de omgeving domineren. De sporen van miljoenen jaren erosie hebben hun lichamen gekerfd. Ze kijken vanaf eenzame hoogte majestueus neer op hun onderdanen en op stumpers zoals wij, die zich hele bikkels voelen omdat ze op eigen kracht naar boven worstelen. Ons pad blijft kilometers lang de flanken van de berg volgen. Pas op zo’n 1800 meter komen we de eerste haarspeldbochten tegen. Die bochten zijn het signaal dat het pad nog steiler wordt. Regelmatig sta ik even op de pedalen om de voortgang erin te houden. Bij een bankje stoppen we even. Het is niet alleen tijd om wat lekkers uit mijn rugzak te halen, ook het uitzicht is schitterend. De zon is inmiddels het dal binnengedrongen en schijnt uitbundig op het diep onder ons liggende stuwmeer Lai da Marmorera. Het spiegelend effect van het rimpelloze water is een genot om naar te kijken. We bestuderen de routekaart en constateren dat we nog een pittig stukje klimmen voor de boeg hebben. De komende 200 hoogtemeters moeten we in iets meer dan anderhalve kilometer overbruggen. En eerlijk is eerlijk, dat is pittig. Flats Langzaam maar gestaag knokken we ons naar boven. Het deuntje in mijn hoofd is langzaam overgegaan in een hardrock stampnummer. We veroveren hoogtemeter na hoogtemeter. De magische 2000 metergrens overschrijden we als we op Alp Flix aankomen. Het wonderlijke veenlandschap van de Alp is ontstaan door vele eeuwen van extensieve landbouw. Al vanaf het jaar 1350 wordt deze alpenweide bewoond en gebruikt. Het is alleen jammer dat het gigantische gebied zo druk bevolkt is. Er wonen inmiddels maar liefst vier families, 160 koeien, 250 schapen en tien geiten. Met elkaar genoeg voor ontelbare flatsen op de tracks en een behoorlijke productie pittige berglucht en bergkaas. Wil je hier ook gaan wonen? Jammer maar helaas, het gebied is beschermd en verdere bebouwing is niet toegestaan. Pittige bergkaas Langs het groepje van drie bergmeertjes loopt een idyllisch padje. Een hernieuwde pauze blijft niet uit. De vlak voor ons oprijzende Piz Calderas is op een haar na 3400 meter hoog en te indrukwekkend om er zo aan voorbij te biken. Door de massiviteit van de rots heb ik niet het idee dat ik al op ruim 2000 meter hoogte sta. Na enkele minuten beseffen we dat we verder moeten. Langzaam verandert het pad in een heuse singletrack. Daar waar biken onmogelijk wordt, hebben we een fantastisch uitzicht op een decor van hoge bergen en het diep onder ons gelegen dal. We kunnen kiezen, of met de fiets op onze nek een uur naar beneden lopen, of het korte stuk retour naar de Alp. De keuze is eenvoudig. Ten eerste hou ik niet van lopen en ten tweede is er op de Alp een minuscule restaurantje. Mijn horloge en mijn maag bevestigen dat de lunchtijd nadert, dus: omdraaien! Heerlijk uit de wind en in het voorjaarszonnetje, zitten we op het terrasje te genieten van jawel een dampende cappuccino en een uitgebreide salade mét - hoe kan het ook anders - pittige bergkaas. Dit alles maakt ons vakantiegevoel helemaal compleet. Valbreken Met enige tegenzin stappen we weer op onze vehicles. Een gevoel dat snel verdwijnt als na enkele honderden meters de afdaling begint. Grotendeels over dezelfde route zoals we gekomen zijn, rijden we terug naar het gehucht Rona. Nu is het ontbreken van veel haarspeldbochten een zegen. Hard, heel hard gaat het over de lange rechte stukken. Royaal voor de spaarzame bochten moet ik diep in de ankers om op tijd voldoende snelheid te minderen. Voorzichtigheid blijft geboden want de diepe afgrond naast ons is weinig vergevingsgezind. De massaal aanwezige uitermate dikke bomen kunnen een val wel breken, net als een paar ledematen overigens. Afdaling In Rona start een nieuw deel van de route. We steken niet de doorgaande weg over, maar blijven aan deze zijde van het dal. Een uiterst smal en steil asfalt weggetje klimt stevig. Suisde ik eerst nog op de grote plaat naar beneden, nu schakel ik vlug op een klein verzet. De wegverharding stopt even snel als hij begon en ik klim verder over een smal schotterpad. Het zijdal waar we inrijden wordt smaller en smaller. De hoogtemeters die ik vandaag al in de benen heb, begin ik te voelen. De stijging is ongelooflijk onregelmatig. Een echt lekker ritme vind ik daarom niet. Ik ben blij als op bijna 1600 m hoogte het pad terugdraait en de afdaling begint. De laatste vijf kilometer hoeven we geen trap meer te doen. In één ruk dalen we af tot aan de voordeur van ons hotel. Alp Schmorras Deze route is totaal anders dan die van gisteren. Over hele smalle en amper gebruikte asfaltweggetjes rijden we door allerlei gehuchten. In een soort hoefijzervorm rijden we naar de andere kant van het dal. Na negen kilometer fietsen staan we hemelsbreed één kilometer van ons startpunt. Gelukkig wel een paar honderd meter hoger. Het uitzicht over Savognin is alleraardigst. Meer dan een warming-up voor wat er komen gaat, is dit eerste deel niet. We zijn onderweg naar Alp Schmorras (2274 meter) onder de top van de 2728 meter hoge Pix Settember. We rijden onder de stoeltjeslift door die bikers met hun fietsen naar het startpunt brengt van het downhillparcours. Een speciaal ontwikkeld verkeersbord waarschuwt tegen de gevaren van al te enthousiaste ‘exemplaren’. De afbeelding maakt de intentie van de gemiddelde downhiller overduidelijk. Het stijgingspercentage loopt langzaam maar zeker op. Als we de 1700 meter grens passeren neigt de weg al in de richting van de tien procent. Aangekomen bij het bergstation Radons (1893 meter) is de vegetatie beperkt tot struiken en andere lage begroeiing. Te zien aan de enorme parkeerplaats en het grote zelfbedieningsrestaurant kan het hier in het hoogseizoen heel druk zijn. Als we elkaar aankijken, zeggen onze blikken voldoende. Koffiepauze! We zijn de enige gasten, we tappen twee kopjes koffie maar kunnen niemand vinden om af te rekenen. Behalve de uitbater ontbreekt ook een prijslijst. We maken een schatting van de kosten en leggen het geld bij de kassa neer. Oerkracht We biken verder. Het is gedaan met het gladde zoevende asfalt. Het pad bestaat uit zand en grove kiezel. Ik knok me een weg omhoog. Mijn banden knarsen in het grind. Ik verveel me geen moment. Er zijn korte ogenblikken dat ik even niet vol geconcentreerd op het grillige verloop van het pad hoef te letten. Dan zie ik dat we flink aan hoogte hebben gewonnen. Het dal ligt heel diep onder ons. Ik kijk zelfs boven op de toppen van bergen die een uur geleden nog hoog boven ons uittorenden. Dan beginnen de haarspeldbochten. De één na de ander. Het wegdek wordt nog veel slechter. Nog meer concentratie is geboden. Af en toe lijk ik vast te lopen in het grind. Soms met behendigheid, maar meestal met lompe kracht lukt het me om in het zadel te blijven. Tot mijn verbazing lijkt Ingrid geen last te hebben van de grindbakken, ze omzeilt ze behendig. Dit is weer zo’n vervelend moment waarop het vrouwelijk gevoel het wint van brute mannelijke oerkrachten. Maar ja, als moderne man berust je daarin en ploetert verder. Scheuren Bij een verlaten boerderij eindigt het pad. We zijn 2274 meter hoog. Genieten van het uitzicht is de bezigheid voor de komende tien minuten. En te zien en te horen is hier plenty. Besneeuwde toppen, het groene dal, eigenlijk is hier alles te vinden wat een bezoek aan de Alpen de moeite waard maakt. Twee flinke bergmarmotten, ruim drie en een halve bidon groot, slaken een ‘alarmkreet’ en kijken ons nieuwsgierig aan. Hier zo samen op deze verlaten, maar o zo romantische alm voelen we ons net Heidi en Peter, maar dan gestoken in de verkeerde klederdracht. Wat we al wisten zien we hier ook in de praktijk. Alleen verder lopen is mogelijk. We draaien onze bikes 180 graden en dalen af. Het eerste stuk voorzichtig en na de grindbakken sneller en sneller. Tot we weer bij het bergstation Radons komen. Vanaf hier volgt de route een ander pad. Eerst over een alpenweide en dan over een kilometers lange afdaling dwars door de bossen. Er lijkt werkelijk geen einde aan te komen. De enige nog noodzakelijk inspanning bestaat uit sturen, opletten en remmen. Als we eindelijk tot op zo’n 1500 meter gedaald zijn, komt de laatste traktatie van deze heerlijke dag. Een mooi uitzicht over Savognin. Even later scheuren we het dorp in. Op het enige terras genieten we van de laatste zonnestralen. Met moeite maak ik me los van mijn stoel en ga op weg naar de douche. |